In de Soete Suikerbol / W.G. van de Hulst. - [Amsterdam] : De Standaard, [1947]. – Deel 1.
Vanaf mijn vroege jeugd staat dit boek me nog steeds voor de geest: In de soete suikerbol van W.G. van de Hulst. Het eerste deel heb ik gelezen en herlezen, en er van genoten. Maar dat het tweede deel viel nogal tegen. De magie was er blijkbaar af, het was meer van hetzelfde. Waarom het (achteraf) slappe verhaaltje over de dikke bakker, zijn zure vrouw en zijn onbeholpen knecht mij zo boeide, komt omdat de karakters verschillende personages om mij heen vertegenwoordigden. Ik leefde het meest mee met de knecht Louw. Net als hij was ik onbeholpen en verlegen. En ik was tamelijk dik, zelfs in de tweede wereldoorlog, en ik hield van zoete gebakjes –nog steeds overigens! De bakker en zijn vrouw kwamen prachtig overeen met enkele van mijn ooms en tantes. Ooms die ons met allerlei heerlijkheden overlaadden, en tantes die met moeite een kwartje afschoven en nog een preek op de gift toe gaven.