H. Peperkamp en De A.F.C.-ers van J.B. Schuil

De Deventer Boekenmarkt, die ieder jaar op de eerste zondag van augustus plaatsvindt, heet de grootste van Europa te zijn. Uit het hele land komen boekenliefhebbers dan ook naar de koekstad om op zoek te gaan naar nieuwe aanwinsten voor hun collectie. Ook voor kinderboekliefhebbers is de tocht langs de vele kramen ieder jaar weer een heerlijke ontdekkingstocht.

Op 4 augustus ging ik ’s morgens al vroeg op pad naar de markt. Niet met een speciaal doel, maar puur om te genieten van de ieder jaar weer gezellige boekenmarktdrukte. Aankomend op de Brink liep ik meteen tegen de kraam van Stichting ’t Oude Kinderboek aan, die bemand werd door drie medewerkers, met wie ik natuurlijk een praatje maakte. Tijdens dat gesprek viel mijn oog op een editie van De A.F.C.-ers van J.B. Schuil (1875-1960), voorzien van een stofomslag die gesigneerd was met ‘Peperkamp’. Een naam die me niets zei, maar wel nieuwsgierig maakte. De medewerkster van StOK merkte dat. ‘Stop het maar in je rugzak’ stelde ze voor. En aldus gebeurde na enig aandringen van haar kant (nogmaals mijn dank voor dit cadeautje), waarna ik verderliep naar een volgende kraam. Thuisgekomen besloot ik op zoek te gaan naar informatie over deze mij onbekende illustrator.

Maar eerst enkele gegevens over De A.F.C.-ers (1915), dat een vervolg is op twee eerdere boeken van Schuil: Uit den kostschooltijd van Jan van Beek (1910), vanaf de tweede druk (1917) getiteld als Jan van Beek, en De Katjangs (1912). In 1930 werd nog een vierde deel uitgebracht: Hoe de Katjangs op de kostschool van Buikie kwamen. De vier boeken werden uitgegeven door de Amsterdamse uitgeverij H.J.W. Becht.

De eerste drukken van De A.F.C.-ers werden voorzien van illustraties van Otto Geerling (1850-1930). Daarna verschenen er edities met tekeningen van andere kunstenaars: Bob Uschi (1911-1995), Rein van Looy (1910-1994) en Reint de Jonge (1931-1993). Het boek beleefde tenminste tien herdrukken en behoort, net als de andere delen van de serie, tot de klassiekers binnen het genre van de jongensboeken.

Het verhaal gaat over een aantal hbs-jongens, onder wie Eddy Loomans en Kees Brummer, voor wie voetbal het belangrijkste is wat er bestaat (soms tot ergernis van hun vaders). Alles draait om de voetbalclub A.F.C., waarvoor de Haarlemse voetbalclub H.F.C. waarschijnlijk model heeft gestaan. Voetbalhistorici kunnen in het verhaal destijds bekende voetballers herkennen, zoals Mannes Francken (1888-1948).

Veel lezers hebben vooral goede herinneringen aan de passage waarin A.F.C. het in de strijd om de KNVB-beker op moet opnemen tegen het Arnhemse Vitesse. Na een 0-3 achterstand bij de rust weet A.F.C. in de tweede helft het tij te keren. Een 4-3 overwinning is het resultaat van hard werken. En dus zingen de A.F.C.-supporters na afloop:

Hop, hop, hop! Hop, hop, hop!

En Vitesse krijgt op z’n kop!

In deze tijd met veel malaise voor het huidige Vitesse zou het rijmpje nog steeds gezongen kunnen worden.

De op de Deventer Boekenmarkt gevonden editie van De A.F.C.-ers bleek de achtste druk te zijn uit 1965. Op het titelblad is vermeld ‘Geïllustreerd door Rein van Looy en H. Peperkamp’. Daarbij lijkt het erop dat die laatste niet alleen de omslagafbeelding heeft gemaakt, maar ook enkele tekeningen in het binnenwerk. De meeste illustraties zijn namelijk voorzien van de signatuur ‘van looy’, maar deze ontbreekt bij twee afbeeldingen, die bovendien overduidelijk in een andere stijl zijn getekend. Waren dat twee extra afbeeldingen? Of vervangen ze twee illustraties van Rein van Looy, omdat die wellicht te ouderwets waren? Van Looy was immers ook al betrokken bij de zesde druk van De A.F.C.-ers uit 1953.

Rein van Looy zal voor menigeen een bekende naam zijn. Hij heeft talloze jeugdboeken geïllustreerd en van omslagtekeningen voorzien. Denk bijvoorbeeld aan de boeken over Pinkeltje van Dick Laan (1894-1973) en de Saskia en Jeroen-serie van Jaap ter Haar (1922-1998). H. Peperkamp kende ik echter niet. Wie was hij? Wat heeft hij nog meer geïllustreerd?

Een blik in het Centraal Bestand Kinderboeken (CBK) leert dat Peperkamp ook twee andere boeken van Schuil van een omslagillustratie heeft voorzien: de achtste en negende druk van Jan van Beek (respectievelijk 1966 en 1971) en de elfde en twaalfde druk van De Artapappa’s (1966 en 1971). In 1971 verscheen ook nog de negende druk van De A.F.C.-ers met de genoemde omslagillustratie van Peperkamp. In het CBK zijn geen andere jeugdboeken opgenomen waaraan Peperkamp zijn medewerking heeft verleend.

Een verdere speurtocht op het internet laat zien dat ook De Katjangs van Schuil op zeker moment door Peperkamp van een omslagillustratie moet zijn voorzien. De stilering doet sterk denken aan die van De A.F.C.-ers. Helaas heeft speuren in Delpher, in de catalogus van het RKD en in andere bronnen geen andere gegevens over Peperkamp opgeleverd. Daarom eindig ik deze bijdrage met de vraag wie aanvullende informatie heeft over H. Peperkamp en zijn werk.

Janneke van der Veer