Een verzamelalbum met sprookjes

In een vorige blog schreef ik over de vondst van een editie van De A.F.C.-ers van J.B. Schuil op de Deventer Boekenmarkt, die op 4 augustus 2024 plaatsvond. Het bezoek aan de markt leverde me nog een tweede aanwinst op: een album met tien boekjes die door Leonard Roggeveen (1898-1959) navertelde sprookjes bevatten.

De sprookjesboekjes, elk met een omvang van zestien bladzijden, riepen meteen herkenning op. Toen ik een jaar of zes was, kreeg mijn moeder ze cadeau bij de aankoop van pakken wasmiddel van het merk Radion. Na verloop van tijd had ik alle tien in mijn bezit:  Klein Duimpje, Hans en Grietje, Doornroosje, Gelukkige Hans, De wolf en de Zeven Geitjes, De Haas en de Egel, Zwaan Kleef Aan, Assepoester, Vrouw Holle en Roodkapje. Vele malen lazen mijn ouders de sprookjes voor, maar ik heb ze zelf ook talloze keren gelezen, waarbij Doornroosje en Assepoester tot mijn favorieten behoorden.  

Verzamelalbum

Het verzamelalbum, waarin op elke bladzijde twee boekjes kunnen worden gestoken, steeds voorzien van een korte introductietekst, herkende ik echter niet. Blijkbaar heeft mijn moeder dat destijds niet aangeschaft. Dat maakte deze aankoop op de boekenmarkt extra leuk, vooral ook om het album opent met een inleiding van Leonard Roggeveen. Onder de titel ‘daar was eens…!’ – ‘Zo beginnen ze vrijwel allemaal, de oude sprookjes’ – geeft de schrijver in eenvoudige bewoordingen een toelichting op het ontstaan van sprookjes. Hij vertelt dat (volks)sprookjes voortkomen uit een mondelinge traditie en pas later zijn opgeschreven, onder meer door Charles Perrault (1628-1703) die in 1697 met De sprookjes van Moeder de Gans kwam. Deze uitgave bevatte onder meer Doornroosje, Roodkapje, Klein Duimpje en Assepoester. In 1812 bundelden vervolgens de Gebroeders Grimm – Jacob Ludwig Karl Grimm (1785-1863) en Wilhelm Karl Grimm (1786-1859) – een groot aantal sprookjes, waaronder Zwaan Kleef Aan, Hans en Grietje en De wolf en de Zeven Geitjes. Naast de volkssprookjes noemt Roggeveen ook het genre van de cultuursprookjes, waarvan, in tegenstelling tot de volkssprookjes, de herkomst precies bekend is.

Hij eindigt zijn toelichting met: ‘De volkssprookjes, vooral de westerse, zijn vele malen verteld, naverteld, nòg eens verteld en opnieuw verteld. Ik heb ’t ook nog eens gedaan (en niet voor de eerste of tweede keer). Ik schreef er tien op, zo eenvoudig mogelijk, zoals ik ze in mijn jonge jaren heb horen vertellen, thuis en op school. Voor de zóveelste maal gaan deze tien de wereld in; ik wens ze een goede reis!’

Illustraties

Twee van de tien sprookjesboekjes – De Haas en de Egel en Roodkapje – hebben op de voorkant een herkenbare signatuur: ‘Rien’, wat verwijst naar Marinus Harm Poortvliet (1932-1995). De illustraties bij de andere acht sprookjes zijn gezien de stijl echter ook onmiskenbaar van zijn hand.

Pootvliet, die sinds 1953 reclametekenaar was bij Unilever in Schiedam, was 27 jaar toen hij deze boekjes illustreerde. De serie sprookjesboekjes lijkt daarmee tot zijn vroege illustratiewerk te horen.

Tot slot

Via de onvolprezen website delpher.nl vond ik een advertentie in de Zierikzeesche Nieuwsbode van 19 november 1959, waarin de reclameactie van Radion is aangekondigd onder het motto ‘Maak Uw kinderen blij’. Op grond van deze advertentie lijkt de conclusie gerechtvaardigd dat de actie in het najaar van 1959 van start is gegaan, dus bijna een halfjaar na het plotselinge overlijden van Roggeveen op 22 juni van dat jaar. Zeer waarschijnlijk is het werken aan deze reclameboekjes een van Roggeveens laatste klussen geweest.

In de advertentie is een bon opgenomen waarmee boekje nr. 1, Klein Duimpje, gratis kon worden aangevraagd bij de firma Lever’s Zeep Mij. N.V. te Rotterdam, die sinds 1930 onderdeel was van het Unilever concern. Dit laatste verklaart waarschijnlijk dat Poortvliet de opdracht kreeg om de boekjes te illustreren.

De andere negen boekjes – verdeeld over drie series (A, B en C) van elk drie exemplaren – kon men in bezit krijgen door het opsturen van een aanvraagkaart, die was bijgesloten bij een pak Radion of kon worden verkregen bij ‘Uw Radion-leverancier’.

Overigens was het uitgeven van reclameboekjes bij dit merk wasmiddel niet nieuw. In 1955 was er al een serie van twaalf ‘kostelijke dierenboekjes’ uitgegeven, waaronder Wollywat, Vodje, Loesje lam en Jenny giraffe. Bij deze reeks was noch Roggeveen noch Poortvliet betrokken.

Janneke van der Veer