Koopt Nederlandsche waar, dan helpen wij elkaar!

Bedrijfstakken als horeca, groenten- en fruittelers en winkeliers zijn geraakt door het coronavirus en de daaruit volgende maatregelen. Ze liepen omzet mis, bleven met bederfelijke waren zitten en menigeen moest ludieke acties verzinnen om het hoofd boven water te houden: van fietsroutes langs bloemenstalletjes in het Westland tot borrel-, groenten-, kaas- en andere pakketten met plaatselijke lekkernijen die online aangeschaft konden worden. #Supportyourlocals, #Buylocal, #BuyFlowersNotToiletpaper!

Hier dacht ik aan toen ik onlangs het dunne prentenboek Spelletjes van onze kinderen in handen kreeg. Op het achterplat staat: “Koopt Nederlandsche waar / dan helpen wij elkaar” en “Koop toch in den vreemde niet / wat het eigen land u biedt”. Het boekje is uitgegeven door Vereeniging Nederlandsch Fabricaat, opgericht in 1915. Het voorwoord luidt: “Het Bestuur van de Vereeniging ‘Nederlandsch Fabricaat’ heeft gaarne voldaan aan het verzoek medewerking te willen geven bij de uitgave van het Nederlandsch Fabricaat prentenboek. Immers is van zoo groot belang, dat ook bij het opgroeiend geslacht op populaire wijze belangstelling wordt opgewekt voor de voortbrengselen van onze eigen nationale nijverheid.” Wie de vereniging de opdracht heeft gegeven dit boekje te maken is me niet duidelijk geworden. In Delpher is veel te vinden over deze vereniging, maar niet over het prentenboek.

Vaderlandse herkomst

Op elke pagina staan twee producten centraal, die terugkomen in twee gekleurde illustraties met rijmende teksten waarbij veelvuldig melding wordt gemaakt van de vaderlandse herkomst. Een voorbeeld: een jongen die een vlieger knutselt (‘Gimborn’s pasta plakt probaat / En… ’t is Neerlandsch Fabricaat!’) en oplaat op een grasland. Dat doet ‘de Hollandsche jongen geen kwaad / want hij heeft aan z’n voeten Robinson schoenen / bestand tegen vocht en van Nederlandsch Fabricaat’. De meeste van de 40 producten zijn niet voor kinderen bestemd en het kostte de makers hier en daar wat moeite om er een draai aan te geven zodat het product toch past in het boek met de titel Spelletjes van onze kinderen. De inhoudsopgave is een lijst van producten en paginanummers waar ze te vinden zijn, een vijftal producenten is met maar liefst vier producten vertegenwoordigd.

Traditionele rollen

In de tekeningen en rijmpjes zien we een stereotiepe rolverdeling. De meisjes spelen schooltje en winkeltje, halen boodschappen voor moeder en lopen met de poppenwagen. Jongens worden vies bij het buiten spelen, ze fietsen door Nederland, gaan steltlopen, krijgertje spelen, vechten, touwtrekken, een sneeuwpop maken, schaatsen en slootje springen. Alleen het ‘reka-rijden’ doen de jongens en meisjes samen: een reka is (blijkbaar) een soort stepje zonder stuur waarbij het kind tussen de twee wielen zit. Moeders doen de was, gaan naar de winkelstraat en lopen met dienbladen met lekkernijen als chocolademelk en koek. Vader speelt nauwelijks een rol, hij komt letterlijk alleen voor in één zinnetje: “ook vader kwam even kijken”.

Vulpeninkt en vlakgommen

De datering van het boek wordt geschat op 1935, omdat bij één van de producten een wedstrijd wordt vermeld met 31 juli 1936 als sluitingsdatum. Veel van de producten die vol lof worden aangeprezen kennen we nu niet meer, zoals Gimborn vulpeninkt en vlakgommen, de leren tassen van Rijnveld, P. Sluis vogelvoer, Rupax tennisschoenen, Brocapharm’s elastisch vingerverband en Brocaplast hechtpleisters, Stokhuyzen’s vruchtensap en jam, Patria kinderwagens en de Heemaf Sbik-schakelaar (volgens Google een motorbeveiligingsschakelaar voor elektrische machines). Een aantal vaderlandse producten heeft de tand des tijds doorstaan, dat zijn: Persil wasmiddel, Jecovitol levertraan, Vredestein banden, Peynenburg’s koek, Veha radiatoren, Gouda stearinekaarsen, Duryea maizena en Droste cacao. Of deze merken ook de coronacrisis zullen overleven, zal de tijd moeten uitwijzen.

Deze blog is eerder gepubliceerd op de KB-website.

 

Karin Vingerhoets