De schooltas van Willem Stam

De houten schooltas werd van de achttiende tot in de vroege twintigste eeuw door de schoolgaande jeugd gebruikt om hun schoolspullen, zoals lei en griffel, schriften, leerboekjes enz. in op te bergen. Deze tassen bleven doorgaans op school waar ze aan de muur hingen. Op school zaten de kinderen meestal op lange banken zonder lessenaar en legden de tas op hun knieën om te kunnen schrijven. Onderdeel van de voormalige Verzameling Borms-Koop waren ca. 50 houten schooltassen. Deze schooltassen waren meestal leeg verworven op veilingen of via internet. Slechts enkele waren nog gevuld met de eigendommen van een schoolgaand kind. Eén van deze tassen met inhoud was van Willem Stam. Willem werd op 7 juli 1893 geboren in Oosterleek, een buurtschap aan de toenmalige Zuiderzee bij Wijdenes. Zijn vader Dirk Stam was veehouder in Wijdenes, later in Westerblokker. Zijn moeder was Guurtje Rol, zes jaar na Willem werd haar tweede zoon Gerrit geboren. Toen Willem vijf jaar was kreeg hij zijn houten schooltas.

Het is zoals gebruikelijk een houten kist van vurenhout met schuifdeksel en eenvoudig van constructie, vermoedelijk gemaakt door zijn vader of grootvader. De bodem en zijkanten zijn aan elkaar gelijmd en gespijkerd zonder zwaluwstaarten. De bodem steekt 15 cm klokvormig uit en heeft een gat waarmee de kist kan worden opgehangen en gedragen. Het is een vrij grote schooltas, 35 cm lang, 24 cm breed en 10 cm hoog, lichtbruin vernist en op het deksel staat een afwrijfplaatje van twee rozen met blad, donkerbruin en goudkleurig. Op de bodem staat in potlood: Willem Stam oud 5 Jaren 6 December 1898. Dezelfde tekst staat in iets slordiger handschrift op de onderkant van de deksel met de toevoeging: Geboren 7 Juli 1893. Het ziet ernaar uit dat Willem de schooltas met sinterklaas heeft gekregen en dat hij op die leeftijd naar school ging.

De schooltas zat bij aankoop boordevol boekjes, schoolschriften, prenten, tijdschriften en een kleine griffel. Willem heeft de tas gebruikt om zijn persoonlijke en gekoesterde drukwerk te bewaren. Het gaat onder andere om twintig fabrieksprentenboekjes, zoals Het apenrijk, een anonieme uitgave van J. Heijnis Tz. te Zaandijk, Een buurjongetje door Tine van Berken 1 en van Saul Kis Vertellingen voor de jeugd 2. Dit laatste boekje, een mengelwerk met verhaaltjes en gedichtjes, fotogravures en één gekleurde litho, was een prijsboek met als opdracht: Eereprijs. Uitgereikt aan Willem Stam. West-Blokker, den 1 Juli 1901. Het hoofd der School B. van den Berg. Willem was een goede leerling, want in 1903 kreeg hij alweer een Eereprijs: Op de kostschool door Suze Andriessen 3. Dit keer uitgereikt door Het hoofd der school M. Mantel. Het boekje is zorgvuldig gekaft in een krant, waarin Reuters bericht over De oorlog in het Verre Oosten: ‘Port Arthur staat in brand’. Het gezin Stam was vrijzinnig protestants getuige het boekje Kinderzangen. Liederbundel voor Vrijzinnige Zondagschool kinderkerk en gezin een bundeltje met 77 liederen 4.

De schooltas bevatte ook zes centsprenten uit de reeks Funke’s Prenten, zoals nr. 12 De kleine Savoyaard, nr. 51 over het leven van prins Willem I en nr. 97 met de geschiedenis van Blauwbaard. In een schrift wekken keurig met inkt geschreven teksten de indruk dat Willem lid was van een zang- of toneelvereniging. Het bevat korte toneelstukjes, voordrachten en liederen met titels als De landverhuizers (lied), Melk met water (tweegesprek met lied), Die trouwen gaat is zot (lied), De vrolijke dienstbode (toneelstukje), Het paartje van Urk (voordracht met lied) en Schoolmeester (lied). Een tweede schrift bevat in potlood geschreven dictaten van de landbouwschool over scheikunde, groente- en fruitteelt en het aanleggen van een boomgaard.

Het A=B=C van den melker door  G.S. van Krieken 5 wijst ook op Willems voorbereiding op werk in de agrarische sector. Bibby's tijdschrift voor veehouders en landbouwers is met twee exemplaren uit 1901 aanwezig.  Het is een familietijdschrift voor de prijs van 15 cent uitgegeven door het  veevoederbedrijf Bibby met artikelen over landbouw en veeteelt en -deels bijbelse- verhalen. Op de omslagen staan diverse stempels van Willem en Gerrit Stam. Ook op boekjes en ander drukwerk heeft Willem trots zijn naam gestempeld. Afgaand op de stempels bevat de schooltas ook enkele documenten van Willems jongere broer Gerrit. 

Ging Willem op twintigjarige leeftijd op vrijersvoeten? Het lijkt erop zoals blijkt uit een kort briefje van Jantje Kool, waarin zij verklaart wel met hem uit te willen, waarschijnlijk naar de kermis. Zij schrijft erbij dat ze niet van plan is mee te doen aan het ‘koffie-ophalen’. Dat was een Westfriese gewoonte in die tijd, waarbij jongeren die elkaar op de kermis of een bruiloftsfeest hadden ontmoet, elkaar enige tijd later opzochten en daarmee duidelijk maakten dat ze verkering hadden. Aan verkering met haar ‘waarde vriend’ Willem had Jantje dus nog geen behoefte.

De inhoud van Willems schooltas is een heterogene verzameling schrijf- en drukwerk die een interessant tijdsbeeld biedt. Ze weerspiegelt de interesse, de bezigheden en de kerkelijke achtergrond van een jongen uit een Westfries agrarisch milieu in de leeftijd van vijf tot twintig jaar. Willem trad in de voetsporen van zijn vader en werd landbouwer in Westblokker, waar hij ongehuwd al op 23-jarige leeftijd overleed.

Noten

1  Amsterdam, H.W.J. Becht, z.j.
2 Zutphen, Schillemans & van Belkum, z.j.
3 met platen naar tekeningen van C. Koppenol, derde druk, Amsterdam, H.W.J. Becht, z.j.
4 Krommenie, Vereniging der Vrijzinnige Zondagscholen, z.j.
5 z.p., Nederlandsche Melkhygiënische Vereeniging, z.j.

Aernout Borms