De wijde wereld / Anne de Vries ; tekeningen van Tjeerd Bottema. - 8e dr. - 's-Gravenhage, Batavia : Van Goor Zonen's uitgevers- maatschappij, 1953. - (Jaap en Gerdientje : leesboek voor de christelijke school ; dl. 6)
Als iemand wordt gevraagd naar de boeken die hij zich nog uit zijn jeugd herinnert, dan worden meestal de boeken genoemd waaraan met vreugde wordt teruggedacht. Het zal wel aan mijn karakter liggen, maar als ik aan de boeken uit mijn jeugd denk doemt er een op die me uit mijn slaap heeft gehouden. Jaap en Gerdientje van Anne de Vries lazen we klassikaal op de lagere school.
In één van de deeltjes komt een oom van Jaap en Gerdientje op bezoek. De oom is zendeling en het is dus feest als hij komt. Jaap en Gerdientje zitten met oom in de trein. Waarom ze in de trein zitten weet ik niet meer, misschien hebben zij hem van de boot gehaald. Tegenover hen in de trein zit een man die een lelijk woord gebruikt. Oom spreekt hem aan op zijn taalgebruik. Ik weet niet meer of en hoe de man daarop gereageerd heeft.
Wat me wel altijd is bijgebleven dat de passage mij verontrustte. Ik zou niemand op zijn taalgebruik durven aan te spreken. Maar deed ik dat niet, dan verspeelde ik mijn recht op de hemel. Ik hoopte maar nooit iemand tegen te komen die vloekte.