Het rampjaar 1672 voor de jeugd verteld.

1672 staat in de Vaderlandse Geschiedenis bekend als het Rampjaar. Het 350ste herdenkingsjaar levert verschillende publicaties op. Een bijzonder boek is de toelichting bij en hertaling van een in 1674 verschenen anonieme leerboek De Franse tirannie. Nieuwe spiegel der Jeugd, ‘zodat de jongelui de gebeurtenissen nooit vergeten en kunnen leren van wat ons is overkomen’.  De jeugd (en ook volwassenen) moest gewaarschuwd worden voor de gruwelijkheden van de Fransen in het Rampjaar. Het boek is een echt propagandaboek, maar veel van de oorlogshandelingen van de Fransen zijn ook daadwerkelijk gebeurd. Het doel van het boek was echter duidelijk: de kinderen een anti-Franse mentaliteit bijbrengen.

1672: Een roerige tijd waarin de Engelse vloot onverwachts de Hollandse vloot aanvalt en de Franse koning Lodewijk XIV met 100.000 soldaten optrekt richting Rijn en verder (Lodewijk wilde de Rijn als grens van zijn rijk hebben) en er een massale vluchtelingenstroom op gang komt. Iemand moet daarvan natuurlijk de schuld krijgen en uiteindelijk is het de ondergang van de gebroeders De Witt. De strijd van het Franse leger gaat gepaard met vele gruwelijkheden en die worden in het boek voor de jeugd uitgebreid beschreven. Pas eind 1673 trokken de Fransen zich terug uit Utrecht en pas bij de vrede van Nijmegen in 1678 worden de laatste bezette steden, waaronder Maastricht, teruggegeven aan de Republiek.

Het uiterst anti-Franse leerboek werd tot diep in de achttiende eeuw tientallen keren herdrukt. Beschrijvingen van politieke verwikkelingen in Frankrijk worden afgewisseld met de wandaden die de Fransen in Nederland verrichtten (waaronder die in Bodegraven en Zwammerdam tot in detail worden verteld) en de heldendaden waarmee de Nederlandse bevolking die beantwoordde. Het verhaal springt soms van de hak op de tak en de hertalers hebben een hoofdstukindeling aangebracht dat de leesbaarheid zeer ten goede komt. In aparte blokken wordt er soms achtergrondinformatie gegeven over gebeurtenissen, en op basis van andere bronnen aangegeven of hetgeen in het boek voor de jeugd wordt beschreven ook echt is gebeurd. Het zal niemand verbazen dat een en ander beschreven wordt vanuit een orangistisch perspectief, waarbij stelling wordt genomen tegen de staatsgezinde regenten. Het leerboek eindigt dan ook met een lofzang op stadhouder Willem III.

De bundel bevat uitermate boeiende bijdragen over de Franse Tirannie gezien door de ogen van tijdgenoten, over de totstandkoming, productie, gebruik en invloed van de ‘Nieuwe Spiegel en over de taal in het boek voor de jeugd. Daarna volgt dan, na een toelichting op de werkwijze van de hertalers, de ‘Nieuwe spiegel voor de jeugd, of de  Franse tirannie’ in moderne taal, waardoor het heel toegankelijk is. Ik heb het met veel interesse gelezen, en, laat ik eerlijk zijn, ook wel een beetje als een spannend jongensboek, zeker door al die tot in detail beschreven gruwelijkheden. Zoals in die tijd gebruikelijk is het verhaal een dialoog tussen een vader en een zoon, maar de vragen die de zoon stelt zijn niet echt belangrijk, meer om het verhaal gaande te houden en om te laten zien dat de jeugd iets kan leren van wat verteld wordt door de vader. De tekst is van voet- en eindnoten voorzien en het moet een enorm project zijn geweest om de oorspronkelijk tekst te transcriberen en om te zetten in modern Nederlands.

Het boek voor de jeugd uit 1674 is voorzien van veel illustraties, die uiteraard ook in deze hertaling zijn opgenomen. Ook bij de historische, boekhistorische en taalkundige inleidingen van de specialisten zijn veel illustraties te vinden.

[‘Franse Tirannie. Het Rampjaar 1672 op school.’ Nicoline van der Sijs en Arthur der Weduwen m.m.v. Bernt Feis, Merle Lammers en Elly Landzaat.  Waanders Uitgevers, 2022 240 p.]

Toin Duijx