Op 16 maart vindt in de KB het Karl May Symposium plaats, georganiseerd door de Karl May Vereniging in samenwerking met de Duitse Bibliotheek en de Koninklijke Bibliotheek.
Wereldwijd zijn miljoenen boeken van de grote Duitse schrijver in zeer diverse talen uitgegeven. De invloed van zijn werk was groot, daarvan getuigen schrijvers in de twee door Querido uitgegeven delen Dat was nog eens lezen, verschenen in 1972 en 1987. Daar zijn heel wat auteurs bij die Karl May in de toptien uit hun jeugd hebben staan. Rinus Ferdinandusse heeft zijn bijdrage de titel gegeven ‘De dag dat Winnetou stierf’. Hij las deze dramatische episode in een vertaling door D. Stemmer, verschenen bij de Mij. tot uitgave van goede jeugdlectuur. Van die bewerking zijn liefst zes verschillende edities in de Collectie Joan C. Oosterbaan aanwezig.
Han Hoekstra schrijft: ‘Ik las natuurlijk alle Karl Mays. Dat wil zeggen de Winnetou-reeks, niet de Kara Ben Nemsi’s; daar had ik geen gevoel voor. Het was Winnetou, en automatisch zeg ik dan: het opperhoofd der Apachen, en ‘Ugh’, en voor mij is een squaw nog altijd een vrouw, in wat voor taal ook.’
An Rutgers van der Loeff las ‘de ganse, schier eindeloze reeks over Winnetou en Old Shatterhand.’ Haar bewondering gold Winnetou, en dat ging zo ver dat ze niets liever wilde dan in zijn voetsporen treden. Ans vader begreep dat en gaf haar een zilverbuks waarin hij de naam Winnetou in blinkende kopspijkers had geslagen. Met een groepje jongens sloop ze over heuvels en dalen om de vijand te verschalken. Adriaan van der Veen las en herlas alles van Karl May. Lang vermeed hij De dood van Winnetou, want dat was te erg.
Hans Berghuis schreef het gedicht Winnetou.
Zijn paard draaft over de wolken.
Zijn pijl schiet een roos in de zon.
Zijn hand slaat in de bergen een bron.
Zijn mond is een duif: vrede vertolken.
Zijn tent is een kudde bisonten.
Zijn squaw is de ster van de nacht.
Rood is de aarde. Kim. Horizon. En
mijn hart is zijn vriend in de jacht.
Zó lees ik zijn leven, zó draaf ik
onsterfelijkheid tegemoet. Zó rood
zal ik zijn. Maar niet zoveel later
was Godvader Roodhuid toch dood.
Gerrit Achterberg schreef ook een gedicht met de titel Winnetou. Minder als hommage aan Winnetou zelf; meer als herinnering aan het intensieve lezen in zijn jeugd. Het eindigt zo:
De blanke tovercirkel van weleer
opent zich en ik sluit de deur.
Opnieuw begint het zoeken van het spoor.
Dit blog is eerder gepubliceerd op de KB-website.